Spring is in the air!
Hoe planten groeien In de lente begint alles weer te groeien. Misschien ga je met de kinderen wel zaadjes zaaien. Gebruik dit dan ook in de Engelse les. Praat over wat een zaadje nodig heeft om te groeien. Woorden: seed, soil, water, rain, sun, sunlight. Hieronder lees je een aantal activiteiten die je kunt doen over het groeien van zaden. |
Time lapse filmpje van zaden die groeien In dit filmpje kan je heel mooi zien hoe bonenzaadjes groeien. Je ziet hoe er eerst een wortel groeit en dan de plant. Laat de leerlingen zelf een time lapse filmpje maken. Vul een glazen potje met wc-papier of keukenrol. Doe een boon in het potje tussen het glas en het papier, zodat je het kunt zien. Maak het papier vochtig en zet het op een warme lichte plek. Zorg dat het papier vochtig blijft en maak elke dag een foto. Aan het eind kan je dan alle foto's achter elkaar zetten voor een time-lapse. Hier zie je precies hoe dat moet. |
Met jonge kinderen kan je dit ook uitbeelden in een verhaaltje met bewegingen (action story: TPR):
Put the seed in the soil > doe alsof je een zaadje in de grond drukt
Water the seed > doe alsof je water geeft met een gieter
Give the seed sunlight > beeld de zon uit door een grote cirkel te maken in de lucht
The seed grows and grows > maak je eerst heel klein en 'groei' dan steeds groter
Until it becomes a flower > steek je handen in de lucht met je handpalmen naar boven als een bloem
Doe dit eerst voor en laat na een paar keer de kinderen mee doen.
Als ze het kennen, doe je zelf niet meer mee, maar vertel je alleen het verhaaltje.
Tot slot kan je de zinnen door elkaar opzeggen ('Now I'm going to junble it up') en doen de kinderen de bewegingen.
(Online) prentenboeken Sid the Seed van Daniel Pagan. Een leuk verhaal over het zaadje Sid dat vrienden is met een spin en een rups. Als beide vrienden de wijde wereld in zijn gegaan, wil Sid ook groeien en erop uit. Hij groeit en groeit tot hij een boom is en zijn vrienden weer weer bij hem zijn. De taal is best lastig hier en daar, dus het meest geschikt voor de middenbouw. | |
And Then It's Spring door Julie Fogliano en Erin Stead. Een mooi boek over het wachten op de lente. Eerst is alles bruin. Een jongetje plant wat zaden, maar het duurt lang voordat het lente en groen wordt. Hebben de vogels de zaden opgegeten? Of hebben de beren erop gestampt? Het wachten duurt lang, maar dan eindelijk is het lente! | |
The Tiny Seed door Eric Carle Een prachtig boek over een klein zonnebloemzaadje dat in de herfst wordt weggeblazen door de wind en op zijn reis door de lucht allerlei gevaren overleeft om uiteindelijk uit te groeien tot een reuze zonnebloem. (Vooral geschikt voor groep 5/6). Dit boek heb ik al eerder besproken bij het thema herfst. Het is een mooi verhaal om in de lente nog eens te gebruiken. Laat ieder kind een zonnebloemzaadje laten planten (in eigen tuin of in een pot). Wie heeft aan het eind (in de zomer) de grootste zonnebloem? Je kan de groei bijhouden in een grafiek, dan combineer je het met rekenen. Een ander prentenboek over het kweken van bloemen in alle kleuren van de regenboog is: Planting a Rainbow - Lois Ehlert | |
Baby animals In de lente worden er veel jonge dieren geboren. Je kunt de praatplaat hiernaast downloaden via de link eronder. Zo heten de jonge dieren: chicken / bird > chick sheep > lamb rabbit > bunny pig > piglet goat > kid horse > foal cow > calf duck > duckling dog > puppy cat > kitten |
|
Op Sparklebox is een serie lesmateriaal over de levenscyclus van een kip.Let op, overal staan de woorden erbij en het lezen daarvan doe je pas vanaf groep 5! Gebruik met jongere kinderen alleen de afbeeldingen en niet de woorden.
En heb je nog tijd om te knutselen, maak dan bijvoorbeeld een 'sping hat' met de kinderen. Geschikt voor groep 4, 5, 6. Hier vind je de link naar de werkbladen en een filmpje van de British Council. In het filmpje legt Shannon (een meisje uit Engeland) uit hoe ze de hoed heeft gemaakt. Het is een mooie luisteroefening. Je kan de kinderen een luisteropdracht meegeven. Bij dit filmpje zou je de kinderen kunnen laten luisteren naar specifieke woorden die je later gaat gebruiken in de instructie, want die doe je natuurlijk in het Engels.
Geef ze bijvoorbeeld een blaadje met de volgende woorden en laat ze er een kruisje zetten als ze het woord horen. De meeste woorden kennen ze waarschijnlijk al.
cut / coloured paper / stapler / ribbons / triangle / fold / crown / glue / flowers
En vergeet niet vooraf kort te vertellen waar ze naar gaan kijken en waarom.
In plaats van kartonnen borden kan je natuurlijk ook zelf cirkels ter grootte van een bord uit karton (laten) knippen.
Ik heb twee vrolijke liedjes gevonden over de lente.
De eerste is een Amerikaans swing lied over 'a very hungry caterpillar'. Het is een leuk lied om te combineren met het boek van Eric Carle: The Very Hungry Caterpillar.
Het tweede lied is ook Amerikaans en gaat vrij snel, maar gebruikt echte dieren die ontwaken in de lente. De zin die steeds terug komt is: 'spring is here!'
| |
Bogglesworld kan je flashcards downloaden met woorden en zinnen over de lente.
Ze zijn geschikt om de duurvorm / present continous (werkwoord+ing) mee te oefenen.
Print ze bijvoorbeeld als kleine kaartjes en laat de kinderen memory spelen.
Of gebruik ze in een 'mix and swap' oefening (voor uitleg zie hieronder bij Easter).
The 4 Seasons Wil je de andere seizoenen herhalen, dan kan dat met dit filmpje van de British Council: The lazy bear. Het verhaal gaat over Bruno de beer die alle seizoenen slaapt. Als je inlogt kan je werkbladen downloaden met eenvoudige leesoefeningen (dus vanaf groep 5!). Een account aanmaken is gratis. |
Een leuk gedicht over de seizoenen en wat elk seizoen bijzonder maakt, van de British Council.
Geschikt voor de bovenbouw als luisteroefening, met games en andere lesactiviteiten die je zowel op het digibord of met werkbladen kan doen.
Easter and colours
Ga met de onderbouw (t/m groep 4) bijvoorbeeld eieren zoeken in de klas en benoem de kleuren en de aantallen die je hebt gevonden.
Ik gebruik hiervoor eieren die ik uit gekleurd karton heb geknipt. 1 witte, 2 gele, 3 rode, 4 blauwe, 5 groene, 6 paarse etc. De eieren kan je verstoppen in de klas en aan de kinderen vraag je om 1 ei te zoeken.
Laat ze vervolgens kinderen zoeken die een ei hebben in dezelfde kleur en vraag ze om in een groepje bij elkaar te gaan zitten. Vraag de groepjes: What colour is/are your egg(s)? How many eggs are there? Tel samen de eieren. De kinderen kunnen hun ei ook op kleur midden in de kring leggen en dan weer op hun eigen plaats gaan zitten. Alle kinderen kunnen de eieren dan goed zien en meetellen.
Mix and swap
Een ander coöperatieve oefening is 'mix and swap'.
Geef ieder kind een gekleurd ei. Laat de kinderen rondlopen en steeds aan een ander kind vragen: What colour have you got? of: What colour do you have? Het andere kind antwoord met: I have red /blue.... Dan vraagt kind nummer twee welke kleur het andere kind heeft en daarna ruilen ze van ei. Met de nieuwe kleur zoeken ze weer een ander kind op. Op deze manier oefenen ze meerdere kleuren in steeds dezelfde zin.
Met iets oudere kinderen kan je de dialoog aanpassen en uitbreiden met bijvoorbeeld: What colour is your egg? My egg is red. Is that your favourite colour? Yes, it is / No, it isn't.
Oefen vooraf de dialoog met de kinderen door het voor te zeggen en na te laten zeggen.
En leg de activiteit uit door het voor te doen. Don't explane, demonstrate!
Met groep 5-6 kan je het verhaal 'The great egg hunt' bekijken en beluisteren.
Het is een luister- en schrijf / spellingsoefening.
Vertel vooraf waar het verhaal over gaat en wat ze er van gaan leren.
Het verhaaltje gaat over een paar kinderen die een gouden ei zoeken en geholpen worden door twee buitenaardse wezens. Ze leren met dit verhaal woorden met 'ck', uitgesproken als 'tsju' en 'k' zoals in chicken en woorden met 'g' als in egg, goat en grass. En ze oefenen met de klinker e, o en u.
Het filmpje begint met het oefenen van de woorden, door de woorden na te zeggen. Daarna volgt het verhaal. Onder het verhaal staat een link naar een 'game' waarmee ze de woorden van het begin moeten spellen door ballonnen in de goede volgorde door te prikken.
Als je bent ingelogd kan je ook nog werkbladen uitprinten om te oefenen met het schrijven/spellen van de woorden.
Twee liedjes voor de onderbouw.
Het eerste liedje is een liedje over de Easter Bunny met bewegingen. He hops, wiggles his nose, flops his ears, shakes his tail etc. Get ready to hop and wiggle!
In het tweede liedje tel je terug van 5 naar 0 want elke keer hupt er een konijntje weg.
De meeste liedjes op YouTube komen uit Amerika. Zo ook deze liedjes.
| |